Vogel van de maand: de nijlgans
De nijlgans is geen echte gans, maar behoort tot een familie die tussen de ganzen en de eenden in zit. De naam van de vogel geeft precies aan waar die vogel vandaan komt, nl. uit het Nijldal. De vogels die we nu in ons land zien, zijn afstammelingen van ontsnapte vogels uit een watervogelcollectie in Den Haag aan het eind van de zestiger jaren.
Het mannetje en vrouwtje hebben nagenoeg dezelfde tekening. Het eerste dat aan de vogel opvalt is het donkerbruine oogmasker, en als hij vliegt de witte velden op beide vleugels. De buik en borst zijn lichtbruin gekleurd, net als de onderkant van de hals. De bovenkant van de hals en kop zijn donkerder van kleur met een donkerbruine kraag op de kleurovergang. De lichte borst heeft een donkerbruine vlek. De rug en vleugels zijn kastanjebruin, de staart is zwart en de poten zijn donkerroze.
De oude Grieken en Romeinen hielden deze vogels al. Je ziet ze het hele jaar door, altijd in paren rondstappen en vliegen. Als deze vogels in de ruiperiode vrijwel gelijktijdig al hun slagpennen verliezen, kunnen ze daardoor bijna zes weken niet vliegen. Een aantal Nijlganzen zoekt dan een veilige plaats om die periode door te kunnen komen. Dan zie je soms een groep Nijlganzen van tientallen vogels, zoals in de Osdorper Binnenpolder, waar veel ganzen de rui doormaken.
In tegenstelling tot echte ganzen broeden Nijlganzen graag hoog, b.v. bovenin een knotwilg of in een nest dat bedoeld is voor ooievaars, zoals op de schooltuin. Ook nestelen ze in grote ekster- en kraaiennesten hoog in bomen. De jongen moeten dan een grote luchtsprong maken om de wereld te gaan verkennen. Een avontuurlijk levensbegin dus, maar dankzij hun lage gewicht en de zachte ondergrond loopt de landing doorgaans goed af. De ouders verdedigen hun jongen heel fel en zijn vaak ook heel agressief tegen andere vogels. Als de jongen eenmaal 10 weken oud geworden zijn, verdrijven de ouders ze uit hun territorium.
In het park zie je vaak Nijlganzen met grote gekleurde ringen rondlopen. Daarop staan afleesbare letters en cijfers. In het hele land worden Nijlganzen met die kleurringen sinds 2010 gevolgd op hun omzwervingen, om daar een goed beeld van te krijgen. Ook zonder verrekijker zijn die ringen doorgaans af te lezen.
U kunt de levensgeschiedenis van een nijlgans ontvangen wanneer u via de website www.geese.org of www.frank-majoor.nl daarvan de volgende gegevens doorgeeft: 1) de kleur van de ring, 2) de letter of het cijfer daarop, 3) of de ring om de linker of de rechterpoot zit.
Teun van Dijk
No comments yet.
Leave a comment
Abonneer U!
Search
Categorieën
- Algemeen (204)
- Bomenkap (32)
- Herinrichting (15)
- Natuur in het park (70)
- Nieuwsbrief (8)
- Verkeersweg (31)
Kalender
M | T | W | T | F | S | S |
---|---|---|---|---|---|---|
1 | 2 | 3 | ||||
4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 |
11 | 12 | 13 | 14 | 15 | 16 | 17 |
18 | 19 | 20 | 21 | 22 | 23 | 24 |
25 | 26 | 27 | 28 | 29 | 30 |